Brief aan Annabel
Lieve Annabel, sinds een week sta je weer volop te pronken in mijn tuin. Ik bewonder de uiterst ranke manier waarop je twijgen de alsmaar groter wordende witte bloembollen torsen. Ik krijg er niet genoeg van te zien hoe de wind je in beweging brengt, hoe de zon een weg baant door je bloembollen, die ragfijn zijn opgebouwd.
Bloemen met een vrouwennaam, ik heb daar iets mee. Zeker met een hortensia. Drie vrouwen uit de kennissenkring van de 18de eeuwse botanicus Commerson komen in aanmerking voor die naam: of zijn minnares, die vermomd als man de verre reis naar nieuwe planten meemaakte, of een bekende astronome, of de dochter van de prins van Nassau. Ik weet nog altijd niet voor welk van deze drie verhaaltjes ik ga: voor de mooie, de slimme of de machtige vrouw… Voor elk wat wils, lijkt het wel.